Beer advocaten

Smartengeldvergoeding en bijstandsuitkering

12 juni 2019 | Mildred Brun

Als letselschadeadvocaat loop ik in de praktijk soms tegen zaken aan die ik mijn cliënten eigenlijk niet goed kan uitleggen. Een voorbeeld daarvan is hoe wordt omgegaan met een smartengeldvergoeding aan letselschadeslachtoffers die een bijstandsuitkering ontvangen.

Maximaal bedrag aan spaargeld (eigen vermogen) bijstandsgerechtigde

Een bijstandsuitkering bedraagt € 1.026 netto per maand. Een bijstandsgerechtigde mag een beperkt bedrag aan spaargeld hebben. Voor een alleenstaande is dat maximaal € 6.120. Als een bijstandsgerechtigde meer geld op zijn rekening heeft, kan de bijstandsuitkering stopgezet worden of (in sommige gevallen) teruggevorderd worden. De achterliggende gedachte is dat een bijstandsuitkering een laatste redmiddel is.

Smartengeldvergoeding

Ik sta een slachtoffer bij dat door een reeks incidenten ernstige psychische klachten heeft ontwikkeld die hem de rest van zijn leven zullen tekenen. In zijn situatie is een smartengeldvergoeding van zo’n € 50.000 op zijn plaats. Hij heeft een bijstandsuitkering. Wanneer cliënt een smartengeldvergoeding van € 50.000 ontvangt, komt zijn spaargeld (ruim) boven het maximale bedrag.

Wisselend beleid gemeenten

De wet biedt aan gemeenten ruimte een smartengeldvergoeding niet mee te rekenen bij het spaargeld. Hoe de 355 gemeenten in Nederland daarmee omgaan, is onduidelijk. Er zijn maar weinig gemeenten die hun beleid op dat punt openbaar hebben gemaakt. Wel bekend is:

  • dat de gemeente Amsterdam een smartengeldvergoeding tot € 45.378 niet meetelt;
  • dat de gemeente Den Haag per persoon bepaalt welk bedrag van een vergoeding wegens immateriële schade meegeteld wordt;
  • dat de gemeente Utrecht als vuistregel hanteert dat de eerste € 5.000 niet meetelt, dat bij een hogere smartengeldvergoeding 60% niet wordt meegeteld en 40% wel;
  • dat een paar kleinere gemeenten, zoals Urk en Rijssen-Holten, 1/3-deel van de smartengeldvergoeding niet meetellen en 2/3 wel.

Mijn cliënt zou dus het beste af zijn wanneer hij in Amsterdam zou wonen. Als Amsterdammer zou hij (zonder ander eigen vermogen) zijn smartengeldvergoeding grotendeels kunnen gebruiken waarvoor deze is bedoeld, maar als Urkenaar zou € 33.333 meegerekend worden bij het eigen vermogen. In het laatste geval komt hij ruim boven de vermogensgrens. De bijstandsuitkering zal dan voor zo’n twee jaar stopgezet of teruggevorderd worden. Als de bijstandsuitkering wordt stopgezet, moet hij de smartengeldvergoeding gebruiken om zijn boodschappen en vaste lasten te betalen. Daar is de smartengeldvergoeding niet voor bedoeld.

Vrijstelling bij wet

De wetgever heeft voor een aantal slachtoffers bij wet een vrijstelling gegeven. Wanneer een bijstandsgerechtigd slachtoffer op grond van deze regeling een vergoeding ontvangt, heeft dat geen invloed op de bijstandsuitkering: 

  • vergoedingen aan slachtoffers van seksueel misbruik in de Rooms-Katholieke kerk;
  • vergoedingen aan asbestslachtoffers;
  • tegemoetkoming van slachtoffers van de Bijlmerramp;
  • uitkeringen aan DES-dochters.

Voorstel

Een smartengeldvergoeding heeft een hoogstpersoonlijk karakter en is bedoeld om het leed van het slachtoffer te verzachten. Aan mijn cliënt kan ik niet uitleggen waarom een gemeente recht zou hebben op een deel van zijn smartengeldvergoeding. Evenmin valt uit te leggen waarom een slachtoffer van seksueel misbruik in de Rooms-Katholieke kerk wél recht zou hebben op diens smartengeldvergoeding zonder dat dat van invloed is op diens bijstandsuitkering, maar mijn cliënt niet. Ook de verschillen tussen gemeenten valt niet uit te leggen.

Wat mij betreft zouden bij wet smartengeldvergoedingen voor alle bijstandsgerechtigden moeten worden vrijgesteld.

Amsterdam, 13 juni 2019

 

Heeft u vragen over dit blog, dan kunt u contact opnemen met de auteur, Mildred Brun.